Risicothema 2: Fiets

Fietsers zijn een risico in de gemeente Meerssen vanwege het grote aandeel in het verkeerssysteem én in aantal slachtoffers in combinatie met deels ook een beperkte inrichting van de fietsroutes.

Het inwonersaantal van de gemeente Meerssen is in de afgelopen jaren licht afgenomen (ca. 1%) en tot 2035 wordt er een eveneens een afname verwacht (-5,3%, CBS, 2019). Het kennisnetwerk SPV heeft als uitgangspunt dat elke inwoner een fietser is. Dat zou betekenen dat het aantal fietsers in de gemeente Meerssen afneemt. Dat komt ook overeen met het NMCA (2017) waarin wordt gesteld dat het aantal verplaatsingen per fiets in Limburg in de periode tot 2040 afneemt. De NMCA staat echter los van mogelijke stimuleringen door de gemeente. De gemeente Meerssen ligt daarnaast aan de rand van het toeristische aantrekkelijke Heuvelland, wat leidt tot veel extra verplaatsingen met de (elektrische) fiets of wielrenfiets, wat waarschijnlijk ook zo zal blijven.

Goed om hierbij te vermelden is dat in de verschillende beschikbare informatiebronnen de gewone fiets en de e-bike vaak met elkaar worden verward. Dat maakt dat een deel van de fietsdata mogelijk van toepassing is op de e-bike en vice versa. Kijkend naar de e-bike dan blijkt dat de landelijke trend laat zien dat er een forse toename is van het bezit en gebruik van de e-bike (ANWB, 2020). De verwachting is dat deze trend zich doorzet in de komende jaren en daarmee een steeds groter onderdeel uit gaat maken van het fietssysteem in de gemeente.

Het is vanuit de Duurzaam Veilig principes wenselijk dat er een vrijliggend fietspad ligt langs 50 en 80 km/u wegen. Van de 21 in de vormtoets gescoorde 50 km/u wegen in de gemeente Meerssen beschikken er slechts 3 over een vrijliggend fietspad. Wel zijn er vier 50 km/u wegen met deels vrijliggende fietspaden of fietssuggestiestroken. De 50 km/u wegen waar een vrijliggend fietspad (deels) ontbreekt betreffen:

  • Weerterveld

  • Hoekerweg

  • Bunderstraat

  • Hulserstraat

  • Humcoverstraat

  • Klinkenberg

  • Sint Josephstraat

  • Kuileneindestraat

  • Lange Raarberg

  • Parallelweg

  • Proost de Beaufortstraat

  • Tussen de Bruggen

  • Volderstraat

  • Herkenberg

  • Prinses Ireneweg

  • Stationstraat

  • Oude Rijksweg

  • Stationsplein

Kijkend naar de 80 km/u wegen dan zijn er 2 wegen in de vormtoets gescoord waar een vrijliggend fietspad (deels) ontbreekt:

  • Eijsendaalweg

  • Processieweg

Het aandeel letselslachtoffers op de fiets betreft 38% (n=19) en is daarmee (ruim) het hoogst onder alle vervoerswijzen. Gecombineerd met de e-bike betreft dit aandeel 44% (n=22, waarvan 1 dodelijk slachtoffer). Dit gecombineerde aandeel ligt gelijk aan het aandeel in Valkenburg (43%) en hoger dan in Beek (29%). In 2017 en 2018 lag het aantal slachtoffers (ruim) hoger dan in de overige jaren, waarbij het dodelijke slachtoffer eveneens in 2018 is gevallen.

Figuur 4: Aantal fietsslachtoffers in de gemeente Meerssen ten opzichte van de tijd in jaren (VIA, 2016-2020)

De fiets- en e-bikeslachtoffers vallen voornamelijk binnen de bebouwde kom (64%), op 50 km/u wegen (50%). Dit is in lijn met het gebrek aan vrijliggende fietspaden op 50 km/u wegen. 9 slachtoffers zijn gevallen op kruispunten en 13 op wegvakken. Kijkend naar de leeftijd van de fietsslachtoffers dan blijkt dat dit voornamelijk volwassen en ouderen (60+) zijn.

Figuur 5: Leeftijd fietsslachtoffers in de gemeente Meerssen (VIA, 2016-2020)

Uit onderstaande kaart blijkt dat de ongevallen met fietsers verspreid door de gemeente zijn gevallen, zonder duidelijke ongevalsconcentratie.

Figuur 6: Locaties fietsongevallen in de gemeente Meerssen

Het aandeel fietsongevallen is in werkelijkheid altijd hoger omdat veel van deze ongevallen, met name enkelvoudig, niet (goed) worden geregistreerd. VeiligheidNL geeft meer inzicht in de fietsongevallen in Nederland, gebaseerd op SEH-behandelingen, wat ook van toepassing is op de provincie Limburg:

Enkelvoudige fietsongevallen

Meervoudige fietsongevallen

Verdeling naar type fiets:

  • 65% op de gewone fiets1

  • 74% op de elektrische fiets

  • 53% op de racefiets

Verdeling naar type fiets:

  • 33% op de gewone fiets

  • 23% op de elektrische fiets

  • 41% op de racefiets

62% door evenwichtsverlies

61% door aanrijding door andere verkeersdeelnemer

12% tijdens het fietsen

39% fietste zelf tegen een andere verkeersdeelnemer aan.

17% botsing met iets of iemand (geen verkeersdeelnemer)

41% was tegenpartij fietser

10% procent van de slachtoffers van een enkelvoudig ongeval verloor het evenwicht tijdens op- of afstappen.

25% wiel raken van andere fietser.

25% sturen in elkaar haken

39% was de tegenpartij een rijdende auto.

7% botsing met bromfiets/scooter/snorfiets.

Relatief vaak fietsers in de leeftijd 13-34 jaar.

Figuur 7: Leeftijdsverdeling bij enkelvoudige vs. meervoudige fietsongevallen in Nederland

Doelgroepen:

  • De groepen met de grootste aantallen ongevallen waren fietsers in de leeftijd 55-74 jaar en kinderen van 4-17 jaar (vooral jongens 4-12 jaar).

  • Het aantal fietsongevallen per gefietste kilometers stijgt bij vrouwen met het stijgen van de leeftijd vanaf 50 jaar. Bij mannen begint deze stijging vanaf de leeftijd van 70 jaar.

  • Meer dan de helft van de ongevallen gebeurde op een gewone fiets, één op de vijf op een elektrische fiets, en één op de tien op een racefiets.

  • Twee derde van de fietsongevallen was een enkelvoudig ongeval. Het aandeel enkelvoudige ongevallen is het hoogst bij elektrische fietsen.

  • Racefietsers hebben relatief vaak een meervoudig ongeval.

  • Jongeren in de leeftijd van 13 tot en met 34 jaar hebben vaker een meervoudig ongeval.

  • Drie procent van de fietsers was tegen een paaltje gebotst.

  • Oudere fietsers hadden een grotere kans op een fietsongeval en dat verband met leeftijd was sterker voor enkelvoudige ongevallen dan voor meervoudige ongevallen.

  • Mensen die vaak fietsten hadden meer fietsongevallen door hun grotere blootstelling maar minder ongevallen per fietskilometer. Met name het aantal enkelvoudige fietsongevallen per fietskilometer was bij frequente fietsers lager.

Het aandeel enkelvoudige ongevallen is toegenomen in vergelijking met 2012, vooral door de toename van het aandeel ongevallen op elektrische fietsen, die relatief vaak enkelvoudig zijn.

Wat betreft lichtvoering van fietsers blijkt uit onderzoek (I&W, 2018) dat in Maastricht circa 71% van de fietsers voor- en achterlicht voert. Dit is hoger dan het landelijk gemiddelde. De gemeente Meerssen is niet opgenomen in dit onderzoek maar het is aannemelijk dat het percentage tussen het percentage van de gemeente Maastricht en het landelijk gemiddelde ligt (66%). Gekeken naar doelgroepen dan zien we dat 54% van de jongeren tot 18 jaar voert licht, tegenover 84% van de 50-plussers.

  • 1 Totaal (bijv. enkelvoudig + meervoudig gewone fiets) is niet 100% omdat type fiets niet altijd bekend was